VLIEGRAMP, PERS EN PUBLIEK
24 JULI 1935
0
No. 6.
3e Jaargang
Westenschouwen
en
Uitgave: BOEKHANDEL
JOH. J. KROP - RENESSE Wordt gratis verspreid in Brouwershaven Renesse '- Haamstede - Burgh
DOOR LEO VAN BREEN
„de blik dient gericht te blijven op de toekomst
Oplaag 1700 ex.
REDACTEUR: LEO VAN BREEN - „die blauwe scuut" - RENESSE
TELEFOON No. 17
GIRONUMMER 228181
EERSTE BADCOURANT
VOOR SCHOUWEN
ff
Indien in ons land het verongelukken van de
Gaai op het publiek naast gerechtvaardigde deel
neming een ongemotiveerde ontsteltenis heeft te
weeggebracht, dan dient onmiddellyk te worden
vastgesteld, dat het publiek zelf daarvoor aan-
sprakeljjk moet worden gesteld, en dat het op
ZIJN weg ligt, de boze geesten, welke het onnodig
heeft opgeroepen, te bezweren.
Het publiek, de grote massa, de conglomeratie van
individuen, of hoe men een gemeenschap van mensen
als totaliteit anders wenst aan te duiden, heeft uit de
aard van haar wezen slechts de mogelijkheid van
spontane reacties op een gebeuren, dat haar beroert
De reacties zjjn vanzelfsprekend actueel en als
zodanig kunnen zij nooit een bezonken totaal-oordeel
weergeven.
In zoverre kunnen zy slechts tjjdelyk werken
en «jj kunnen dan ook niet geacht worden van
blijvende invloed te zjjn op de loop der dingen.
Iets anders is het, indien de pers, waarvan wij
toch dergelijke spontane reacties niet zouden mogen
verwachten, zich te buiten gaat aan ontboezemingen,
welke de publieke opinie op blijvende wyze kunnen
beïnvloeden.
De ramp met de Kwikstaart heeft sommige bladen
verleid tot publicaties, welke o.i. niet hadden mogen
geschieden.
Wij noemen met name de Middelburgsche Crt
welke in twee artikelen de perken der behoorlijke
journalistiek dermate te buiten gaat, dat de K.L.M.
goed zal doen, deze naast zich neer te leggen.
Hiermede is deze kwestie nochtans niet afgedaan.
Moge deze beide artikelen dan al voor de K.L M.
zjjn bedoeld, het publiek neemt er kennis van en
neemt veelal onjuiste beweringen en pathetiese
scribenten-uitingen met graagte over.
(Opr. Haarl. Crt.)
Indien iu een gemeenschap van mensen van een
algemene ramp sprake is, heeft de pers een lof
felijke gewoonte, om naast zakelyke critiek een
opbeurend woord te spreken, en de massa te be
hoeden voor een voorbarig eindoordeel.
Dit zien wjj over de gehele wereld bijna wekelijks
geschieden.
Het is logies, en het is verantwoord.
En zeker behoort dit te geschieden in een geval,
als waarvan thans sprake is.
Wil men nu weten, hoe wij persoonlijk op deze
kwestie reageren, dan willen wjj met nadruk vast
stellen, dat wij nooit en te nimmer hebben behoort
tot diegenen, welke de topprestaties der K.L M.
blindelings hebben verheerlijkteen methode,
waaraan veel bladen zich hebben schuldig gemaakt.
Wij hebben met steeds stijgende belangstelling
de ontwikkeling dezer maatschappij gevolgdwjj
hebben vreugde gevoeld by haar successen en deel
neming bjj haar tegenslagen.
Wjj hebben echter NIET, zoals het merendeel
van de pers, juichende lofredenen gewjjd aan top
prestaties
Wjj willen dadelyk zeggen waarom.
O.i. ligt het zwaartepunt van de waarde van het
K.L.M.-werk niet in topprestaties, maar in de
feilloze uitoefening har er normale diensten.
Topprestaties kunnen op zichzelf belangrijk zyn
en wjj hebben een persoonljjk respect voor een
Melbourne-race.
Maar wy hebben een even groot respect voor
andere daden, waarvoor moed en volhardingsver
mogen nodig zyn.
Voor het publiek, voor de gemeenschap, is een
Inchtvaartprestatie niet van groter belang dan b.v.
een topprestatie op een wielerbaan.
Alleen daarom moeten wy er dan ook de aandacht
op vestigen
Wat de heer Smeding, hoofdredacteur van de
Middelburgsche Crt- persoonlijk van de K.L M
denkt, voorheen en thans, interesseert ons niet in
het minste
Maar wel boezemt het ons belang in, als een
toonaangevend provinciaal blad zich te buiten gaat
aan het publiceren van artikelen, waarvan noch
vorm, noch inhoud met een redelijke maatstaf
gemeten kannen worden.
Dit wjjst op een bedenkelyke en weinig benijdens-
waardige mentaliteit, waarvan de heer Smeding
ook op ander gebied reeds eerder heeft bljjk
gegeven.
Wjj laten in het midden, in hoeverre er enig
verband zou zyn te leggen tussen het uittreden
van den heer Smeding uit de centrale Zeeuwse
luchtvaartbeweging en zyn journalistieke omzwaai.
Dit sta vast: Wy willen deze kwestie in geen
geval bezien in het licht van het persoonlijke,
maar het uitsluitend naar voren brengen als typerend
verschijnsel.
En wanneer wjj dit doen, moeten wij constateren,
dat een blad, dat een tydlang de luchtvaart in het
algemeen, en het werk der K.L.M. in het byzonder,
in talryke kolommen heeft verheerlijkt, plotseling,
als door een boze geest bezeten, een tegenover
gestelde richting inslaat. Indien dit nu een minder
belangryke kwestie betrof, zou deze zaak ons bitter
weinig interesseren.
Maar indien een courant, op een moment dat
de publieke opinie een steun nodig heeft, haar
verraderlijk in de rug aanvalt, dan dient te worden
gesproken van een geste, die niet verantwoord
kan worden.